HOME
 
                   

Op deze pagina komen de volgende onderwerpen aan de orde:

 

 

 

 

Een theorie over geld & gevoel

Phil Laut legt in het boek “Geld is mijn vriend” (1978) een link tussen welvaart, psychologie en spiritualiteit. In een hoofdstuk over psychologie worden de belangrijkste belemmeringen in het menselijk bewustzijn, die de schrijver ontdekte bij zijn cliënten, besproken: o.a. de geboorte, het ouderlijk afkeuringssyndroom en je belangrijkste negatieve gedachten. Emoties en hun remedie worden in een overzicht weergegeven. Onder de kop ‘Waarom je pas een miljonair kunt worden als je bereid bent je gevoelens over geld toe te laten’ wordt uitgebreid ingegaan op diverse angsten en andere belemmerende gevoelens. Onderwerpen die besproken worden in het boek zijn onder meer: relaties & geld, schulden aflossen, zelfwaardering, mannen/vrouwen & geld, werkeloosheid. Een citaat uit het boek:

“Het woord geld heeft een veel grotere emotionele lading dan de meeste mensen willen toegeven. Meestal onderdrukken zij hun emotionele reacties op geld. .... Zoals gezegd is het probleem met emoties niet de emoties zelf, maar eerder onze houding tegenover onze emoties. Als we emoties hebben waarvoor we ons schamen, hebben we de neiging om ons in bochten te wringen om die schaamte niet te hoeven voelen, of houden we onszelf voor de gek door te ontkennen dat het gevoel bestaat. Niet de emoties zelf, maar het verdringen en ontkennen van emoties is het werkelijke probleem.”

Laut schreef het boek om:”de armoede de wereld uit te helpen en leven in overvloed sociaal aanvaardbaar te maken.”
Voor Laut is het leren omgaan met emoties dus de sleutel tot het leren omgaan met geld.

 

Geld en gevoel – onderzoek in Nederland

We hebben verschillende onderzoeken gevonden die de wisselwerking tussen geld en emoties benoemen en bespreken. Hierin gaat het over de kosten die geldproblemen met zich meebrengen voor de overheid en de samenleving, of over de emoties van mensen die veel geld hebben en bang zijn om dat te verliezen. Een groot onderzoek van mevr. Prast (de Emotie-econoom van Nederland genoemd) gaat over de economie en emoties. Zij toont overduidelijk de samenhang tussen geluk, emoties en geld aan. Dit onderzoek gaat echter niet over cliënten van de GGz en de schuldhulp­verlening. Het gaat niet over de lange wachttijden voordat er daadwerkelijk hulp is. Het gaat over rijke mensen. Waarom we het toch benoemen is, omdat het duidelijk maakt dat op elk niveau de wisselwerking tussen geld en emotie aangetoond kan worden. De volgende citaten komen uit een interview met mevr. Prast door Seije Slager in het blad “MUG”.

Prast beschouwt geluk als een meetbaar begrip. Sterker nog, je kunt het in geld uitdrukken. Een verslechtering van iemands gezondheid van uitstekend naar matig staat gelijk aan een geluksverlies van 750.000 euro per jaar. Het overlijden van een levenspartner ‘doet’ slechts 250.000 euro. Pardon? Moeten we hieruit opmaken dat mensen liever een paar ton op hun rekening gestort krijgen dan dat hun echtgenoot in leven blijft? ‘Natuurlijk hebben mensen, als ze eenmaal in zo’n situatie komen, er al het geld van de wereld voor over om hun partner in leven te houden. Maar na het onderzoeken van grote groepen mensen is gebleken dat het geluksverlies na het overlijden van een partner ongeveer gelijk is aan het geluksverlies na het moeten inleveren van zo’n bedrag.’
Geluk is dus te koop, maar bijna onbetaalbaar. ‘Je kan er heel veel geld bij krijgen. Maar als je gezondheid vervolgens een klein beetje achteruit gaat, ben je al slechter af.’
Daar komt nog bij dat niet iedereen de weelde van veel geld kan dragen. ‘Je hebt grofweg twee soorten rijke mensen. Aan de ene kant zijn er mensen die niet al te veel nadenken bij al het geld dat ze bezitten. Ze scheppen er niet over op, en beschouwen het gewoon als handig. Maar soms hangen mensen hun hele identiteit op aan dat geld, en maken al het andere er aan ondergeschikt. Of ze gaan hun omgeving wantrouwen, omdat ze denken dat andere mensen alleen oog hebben voor hun geld. Dan wordt je sociaal functioneren vrij moeilijk. Vriendschappen houden vaak geen stand als één van de vrienden ineens veel meer geld gaat verdienen dan de ander.

Bron: Henriëtte Prast, Geld en geluk. Over emotie-economie, Uitgeverij Business

 

GGz-clienten, geldzorgen en emoties

Gesprekken leren, dat de meeste bezoekers van het CBB in Dordrecht, allen (ex-)cliënt in de GGz, geldzorgen hebben. De aard van de zorgen varieert van niet kunnen bijhouden van de administratie of rekeningen vergeten tot torenhoge schulden. Deze geldzorgen kunnen leiden tot een scala van andere problemen, van stress en slapeloosheid tot problemen in de relatie of een crisis bij de cliënt. Een cliënt zegt hierover:

“Er werd altijd gezegd: jij bent intelligent, jij bent een sterke vrouw, jij kan dat wel. Oké, ik mag dan veel kunnen, maar wat betreft dit aspect in mijn leven: ik kan dit niet alleen. Ik raak in paniek, alleen al als ik mijn papieren moet sorteren. Wanneer ik die bureaucratische zooi ga lezen, raak ik verward en word chaotisch. Met als eindresultaat: ik vlucht ervoor en steek mijn kop in het zand. Ik doe alsof het er niet is, wat uiteindelijk leidt tot nog meer problemen. Als ik niet uitkijk, zorgt de onrust ervoor dat ik doordraai.”

Psychische problemen kunnen ervoor zorgen dat cliënten niet of slecht met geld om kunnen gaan. Dit kan bij diverse ziektebeelden voorkomen, zoals ADHD, borderline, manisch-depressiviteit, psychoses en schizofrenie. Twee uitspraken van cliënten:

“Als ik langs de winkels loop, is het alsof ze me toeroepen dat ik binnen moet komen en moet kopen. Ik kan die stemmen niet negeren, ik MOET dan de winkel in.”
“Op zo’n moment betekent geld niets voor me, het heeft geen waarde voor me. Ik maak dan alles op wat ik heb, honderden euro’s. Terwijl ik later, als ik weer helder ben, een pakje kaas duur vind dat één euro zoveel kost.”

Bij de persoonlijke hulp die een ervaringsdeskundige/vrijwilliger PGB-begeleider aan enkele cliënten gaf, werd duidelijk dat het psychisch welbevinden van de cliënten er enorm bij gebaat was, wanneer zij hulp kregen bij hun financiën (PGB=Persoonsgebonden Budget). Al waren de schulden nog lang niet afgelost, cliënten ervoeren meer rust en ruimte wanneer hun papieren overzichtelijk opgeruimd waren in ordners. Dit scheelde hen urenlang zoeken wanneer zij een document nodig hadden. Ook overzicht over de financiën gaf hen rust, al hadden ze maar weinig te besteden. Een cliënte:

“Mijn administratie was altijd een struikelblok. G. hielp mij stap-voor-stap op weg. Zijn rustige en duidelijke aanwijzingen geven me weer moed en kracht om mijn zaakjes zelf op orde te krijgen. Door deze hulp bij het CBB heb ik de moed om dingen aan te pakken.
Mijn overlevingsstrategie was vluchten, door ontkennen, gebruik van drugs, mijn kop in het zand steken of op wat voor manier dan ook. Nu heb ik handvatten waar ik me aan vast kan houden om overeind te blijven in de realiteit.”

 

Een nieuw inzicht

“Ik raak in paniek, alleen al als ik mijn papieren moet sorteren.” Hoe komt dat? Deze cliënte is intelligent, daaraan ligt het niet. En waarom lukt het veel (ex-)cliënten, inclusief mezelf, wel om een ander hierbij te helpen, maar blokkeren ze als het om hun eigen administratie of financiën gaat? Hier kon ik geen onderzoeken over vinden, laat staan antwoorden.
Tot ik in maart 2008 op mijn werk een cursus hartcoherentie kon volgen. In de eerste les leerde ik het volgende: een regelmatige hartslag, met gelijke intervallen tussen de hart­slagen, wordt coherent genoemd. Incoherent is wanneer de hartslagen elkaar met onregel­matige tussenpozen opvolgen. De amygdala interpreteert een onregelmatige hartslag als onveilige. De amygdala zorgt ervoor, dat het lichaam zich gereedmaakt voor vechten of vluchten: onder andere wordt de hartslag sneller, de adem oppervlakkiger, de bloeddruk gaat omhoog en spieren spannen zich. De prikkels bereiken de neo-cortex laat; dat is het deel van de hersenen waarmee we overzicht hebben en creatief over situaties kunnen nadenken. Door onder meer ademtechnieken is de hartcoherentie te verbeteren, waardoor de persoon weer overzicht kan krijgen. Meer informatie over hartcoherentie is opgenomen in bijlage 6 van het afstudeeronderzoek.

Zelf ben ik ervaringsdeskundige, ook wat betreft stress door geldzorgen. De laatste twee keer dat ik in een crisis belandde, waren geldzorgen de aanleiding. Ook heb ik nooit begrepen waarom ik wel anderen kan helpen met hun administratie en financiën, maar blokkeer zodra ik het voor mezelf ga doen. Maandenlang kan ik opzien tegen de stapel papieren die opgeruimd moet worden. Aktie ondernemen lukt dan niet. Nu snap ik het: door de onrust­gevoelens wordt mijn hart­slag onregel­matiger. De amygdala zet daardoor een aantal fysieke processen in gang die voelen als een paniekreactie. Door deze processen ben ik niet in staat de situatie rustig onder ogen te zien. De amygdala heeft de reactie al in gang gezet voordat mijnbewuste gedachten de neo-cortex kunnen bereiken. Dit proces vindt plaats binnen enkele seconden en lijkt bij mij een automatisme geworden.

In 2005 werden mijn geldzorgen voor het eerst serieus genomen door een trajectbegeleider.
Mijn ervaring was ,dat ik deze erkenning als heel positief ervaren heb. Daardoor kon ik openstaan voor veranderingen op dit gebied. Deze persoon  heeft mij ondersteund in het zoeken naar oplossingen. Door praktische tips ben ik sindsdien een eind verder gekomen. Wellicht dat toepassing van hartcoherentie voor mij het plaatje compleet maakt. In ieder geval ben ik in staat geweest de tijds- en werkdruk bij het maken van mijn eindopdrachten voor de BGE redelijk goed te doorstaan.

terug

 

 

 

 

Psychische gevolgen van geldzorgen

Een aantal psychische gevolgen van geldzorgen zijn voor de meeste mensen gemakkelijk te bedenken. Je maakt je zorgen, bent sneller geïrriteerd, slaapt misschien slechter waardoor je overdag ook weer minder kunt hebben. Je relatie kan eronder lijden. Je kunt er depressief, maar ook agressief van worden.

Een medewerker van de voedselbank in Bladel zegt in een door ons gehouden interview als antwoord op de vraag “Weet je hoeveel klanten van jullie voedselbank psychische problemen hebben?”:

“Binnen onze voedselbank heeft 50% duidelijk psychische problemen, deze mensen zitten ook in verschillende GGz-trajecten. En 20% heeft stress problemen door het chronisch geld tekort, wat uiteindelijk ook in psychische problemen van verschillende aard eindigt, bijvoorbeeld depressies of psychoses.”

Caro Hulshoff noemt in haar onderzoek Psychische klachten en Schulden - Preventie en hulpverlening bij zowel immateriële als materiële problemen, de volgende veel voorkomende psychische en lichamelijke klachten:

· Moedeloosheid en machteloosheidgevoelens
· Grote schaamte- en faalgevoelens
· Schuld- en minderwaardigheidsgevoelens
· Angstgevoelens, somberheid en suïcidaliteit
· Eetproblemen
· Gejaagdheid en slapeloosheid
· Geïrriteerdheid, plotselinge woede-uitbarstingen
· Chronische moeheid
· Hyperventilatie, hoge bloeddruk
· Meer alcohol-, medicijn- of druggebruik
· Hoofdpijnen, buikpijnen en rugklachten
· Toenemen van sociaal isolement
· Relatie/gezinsproblemen, problemen op het werk

Bron: C. Hulshoff, Psychische klachten en Schulden - Preventie en hulpverlening bij zowel immateriële als materiële problemen - Een onderzoek bij allochtone en autochtone cliënten, 1997.

 

Wanneer ik lees, hoeveel klachten kunnen ontstaan door geldzorgen, vraag ik me af waarom er niet meer aan gedaan wordt om geldzorgen te voorkomen. Preventie op dit gebied zorgt immers meteen voor preventie van de klachten die hierboven opgesomd worden. Dit kan daardoor grote besparingen opleveren voor de lichamelijke en geestelijke gezondheidszorg.

terug

 

 

 

Geldzorgen als symptoom van psychische ziektebeelden

Er blijken vele ziektebeelden te zijn waarbij niet-met-geld-om-kunnen-gaan  wordt genoemd als symptoom of kenmerk van dat ziektebeeld. Vaak wordt met enkele woorden verwezen naar de problemen die kunnen ontstaan als gevolg van dat ziektebeeld, waaronder geldzorgen. In de literatuur vonden wij de vele omschrijvingen van relaties tussen psychische ziektes en geldproblemen. Een aantal hebben wij hieronder opgenomen (we zouden er een boek mee kunnen vullen), met enkele citaten van korte artikelen.

Wat wij ons afvragen: wanneer niet-met-geld-om-kunnen-gaan een kenmerk is van een psychisch ziektebeeld, waarom wordt dit kenmerk dan niet behandeld binnen de psychiatrie? En waarom wordt er aan een persoon met dit ziektebeeld door schuldhulpinstanties dezelfde eisen gesteld als aan ‘normale’ personen? Vanwege het ziektebeeldkan het vrijwel onmogelijk zijn om een financieel overzicht op te leveren, de administratie op orde te hebben of aan te tonen dat men stabiel is en met geld om kan gaan.
Waarom werken de GGz en schuldhulpinstanties niet samen, zodat verergering van de situatie in een zo vroeg mogelijk stadium voorkomen kan worden?
Hoe langer wij hier over nadenken, hoe langer de lijst met onze vragen wordt.
We zullen ze niet allemaal noemen, maar ruimte laten voor u om er ook een aantal te bedenken.

Hieronder een aantal citaten waarin de relatie tussen psychische ziektebeelden en geldproblemen aangegeven wordt:

ADHD
“Veel volwassenen met ADHD hebben moeite met het regelen van hun geldzaken. Deze problemen zijn vaak het gevolg van impulsieve aankopen, te veel uitgeven, gebrek aan planning op langere termijn en een slechte financiële situatie. Helaas is het bij de meeste boekhoudprogramma’s noodzakelijk dat een nauwkeurige administratie wordt bijgehouden, terwijl dit voor de ADHD’er juist heel moeilijk is.”

Bron: Kathleen Nadeau, Aandacht – Een kopzorg? p. 71.

“impulsief geld uitgeven of gokken”

Bron: J.J.S. Kooy, psychiater, Voorlichtingsfolder van Psychiatrisch Centrum Joris te Delft

“Voorbeeld van de aandachtstekort-symptomen: Chaos – dit kan huiswerk zijn, administratie, het huishouden, de financiën. Dingen steeds uitstellen, ontlopen of afzeggen, daar horen ook betalingen bij. Voorbeelden van de impulsieve symptomen zijn: Ondoordachte beslissingen nemen – (grote) aankopen doen, impulsief relaties of arbeidsovereenkomsten aangaan of verbreken.”

Bron: www.adhdenik.nl

De impulsiviteit van mensen met ADHD kan leiden tot vervelende situaties zoals ongewenste aankopen, ongepaste en kwetsende uitspraken en beloftes die niet na te komen zijn. Hoewel mensen met ADHD spreken over een voortdurende stroom van gedachten die door hun hoofd gaan reageren ze vaak impulsief en gevoelsmatig. Zonder na te denken doen zij dingen die ze niet altijd willen. Barkley geeft aan dat de "interne dialoog" vrijwel afwezig is bij mensen met ADHD. De interne dialoog dient ervoor om te overleggen met jezelf: is het de juiste beslissing die ik neem, waar ben ik nu mee bezig, wat zal ik eerst gaan doen, etc. Het is ook mijn ervaring dat deze cliënten reageren vanuit een impulsiviteit waar geen gedachte aan vooraf gaat. Een cliënt verwoordt het als volgt:"Ik doe gewoon wat ik voel, pas achteraf denk ik ‘Wat heb ik nu gedaan’.

 Bron: www.adhd.nl

Antisociale persoonlijkheidsstoornis
“Hij is onverantwoordelijk: het is moeilijk een baan te houden of financiële verplichtingen na te komen.”

Bron: www.trimbos.nl/ziektebeelden

Borderline
“Ze zijn impulsief. Dat heeft negatieve gevolgen voor henzelf op minstens twee gebieden: geldverspilling, veel wisselende seksuele contacten, misbruik van alcohol en drugs, roekeloos rijden, vreetbuien.”

Bron: www.trimbos.nl/ziektebeelden

Mensen met borderline beginnen vaak enthousiast aan iets, maar stoppen er na een paar weken al mee (bijvoorbeeld een studie of een baan). Ook hebben zij vaak schulden, omdat ze impulsief aankopen doen.

Bron: www.zogeknogniet.nl

Boulimia Nervosa
“BN-patiënten steken zich niet zelden in de schulden om de eetbuien te kunnen bekostigen. Soms worden zij betrapt op winkeldiefstal.”

Bron: Dr. G. Glas, Het Psychiatrisch Formularium. 6e editie - een praktische leidraad, hfdst. eetstoornissen, p. 78.

Manie/hypomanie
“impulsief dingen doen zonder rekening te houden met nadelige gevolgen, bijvoorbeeld te hard rijden of te veel geld uitgeven”

Bron: www.trimbos.nl/ziektebeelden

 “Gedurende deze drukke periode heeft de betrokkene het idee dat hij een geweldig iemand is die alles aan kan. In zijn zelfoverschatting onderneemt hij dingen die onverantwoord zijn. Hij doet aan de lopende band onzinnige aankopen, geeft ongehoord veel geld uit aan fooien en schenkt zomaar geld aan wildvreemden.”

Bron: J.S.Reesdijk: Psychiatrie, 1999, ISBN 90-352-1664-4.

Een manie is een periode van overdreven opgewektheid, met veel onrealistische plannen en acties. Mensen steken zich in deze periode vaak in de schulden en ondernemen activiteiten waar ze later spijt van hebben. Soms heeft men ook last van psychose .

Bron: http://www.seksueelgeweld.nl/depressie/depressieDetails2.php?depressie_id=11

Onder manische periodes versta ik dat ik periodes heb dat ik denk alles te kunnen doen; veel geld uitgeven, projecten aangaan (prive of werk) die ik helemaal niet aankan en in die periodes ben ik heel hyper en "vrolijk". die perioden worden afgewisseld met hele diepe, depressieve dalen waar ik dan zelf lijk uit te komen na een tijd. om vervolgens weer van voren af aan te beginnen. Ik maak dus schulden terwijl ik "deep down" weet wat de gevolgen zijn, ik sleep mijn gezin mee in weer een geweldig plan dat mislukt en ik neem gigantisch teveel hooi op mijn vork op mijn werk om vervolgens het onvermogen te zien als falen.

Bron: http://forum.viva.nl/forum

Psychoses/Schizofrenie
“Tussen zijn psychosen door heeft hij gewerkt. Aan zijn anderhalf jaar als werknemer in de tuinbouw dankt hij nu zijn WAO-uitkering. Een mazzeltje, vindt hij: 'De meeste schizofrenen die ik ken, leven van de bijstand of AAW omdat ze nooit hebben kunnen werken. Een groot deel van hen kampt met geldzorgen en ziet het soms echt niet meer zitten.' Een goede vriend van hem heeft zelfmoord gepleegd, 'puur vanwege zijn geldproblemen.' 'Ze plegen sociale en financiële suïcide', zegt J. Sluyter, maatschappelijk werker voor onder meer Ypsilon, de vereniging van familieleden van schizofreniepatiënten (ruim vijfduizend leden). 'Veel schizofrenen die ernstig ziek zijn, maken gigantische schulden', licht Sluyter toe. 'Ze hebben geen idee hoe ze hun geld moeten beheren.'”

Bron: www.trimbos.nl/ziektebeelden

“Het gros van de geïnterviewden had hoge schulden. Daarbij hebben enkelen klaarblijkelijk, al dan niet volgens eigen zeggen, op te grote voet geleefd door chronisch te veel geld uit te geven en een bovenmatige consumptie­drang. Vaak is het opgegaan aan geldverslindende verslavingen. Bij enkele psychiatrisch zieken lijken de schulden te zijn ontstaan door een euforisch uitgavenpatroon gedurende manische perioden. Via telefonische belrondes en huisbezoeken trachten colporteurs uiteenlopende producten en diensten aan de man te brengen. Daarbij hebben ze het soms gemunt op minder weerbare mensen. Zo is een man met een psychiatrisch ziektebeeld  -voordat hij dakloos werd- overgehaald om een aantal volstrekt overbodige verzekeringspakketten af te sluiten. Sinds hij op straat leeft, loopt de betalingsachterstand bij de betreffende verzekeringsmaatschappij steeds hoger op.
De nieuwe wet op de schuldsanering maakt het voor personen met een hoge schuldenlast nu mogelijk om deze binnen enkele jaren af te betalen. Er is echter een enorme toeloop op Gemeentelijke Kredietbanken en schuld­sanering­projecten. De toch al lange wachtlijsten zijn daardoor fors toegenomen. Gemeentelijke Kredietbanken zijn overigens sowieso niet bijzonder toegankelijk. Ze hebben een ingewikkelde intake, kunnen alleen hulp bieden aan mensen die over voldoende afloscapaciteit beschikken en aan mensen met schulden binnen een vast omschreven hoogte: schulden die te laag of te hoog zijn worden niet in behandeling genomen.”

Bron: De Groene Amsterdammer: deel van “Interview met een schizofrene dakloze man in Amsterdam”, Stella Braam, 10-04-1996.

Wanen: Armoedewaan
“De zorg voor de toekomst en de onzekerheid of men, gezien het gevoel van onmacht, ooit nog in zijn levens­onderhoud zal kunnen voorzien, kan uitgroeien tot een absurde en kwellende angst, dat niets meer zal lukken en dat er hellemaal geen geld meer zal zijn. De depressieve persoon raakt in paniek omdat hij het gevoel heeft dat er een enorme schuld vereffend zal moeten worden. Doordat hij zo schandalig nalatig is geweest, zullen straks de kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen moeten zuchten onder de schulden die hij heeft gemaakt. Depressieve mensen willen dan ook soms niet meer eten, omdat daarvoor volgens hen geen geld meer is.”

Bron: J.S.Reesdijk: Psychiatrie, 1999, ISBN 90-352-1664-4.

terug

 

 

 

Wederzijdse beïnvloeding van ziekte en geldzorgen

Er wordt in de literatuur geschreven over hoe psychiatrische aandoeningen invloed kunnen hebben op geldzorgen, en welke klachten door geldzorgen veroorzaakt kunnen worden. Over de wederzijdse beïnvloeding bij GGz-cliënten zijn geen gegevens te vinden.

Wij kunnen ons voorstellen dat een persoon met een psychiatrisch ziektebeeld extra gevoelig is voor de klachten die veroorzaakt kunnen worden door geldzorgen.
Ook kunnen wij ons voorstellen dat door de wederzijdse beïnvloeding de klachten een explosieve toename kunnen vertonen. Deze veronderstellingen hebben wij niet kunnen onderzoeken voor dit werkstuk.

Onderstaand datgene wat we wel gevonden hebben over wederzijdse beïnvloeding:

Er wordt in de literatuur geschreven over hoe psychiatrische aandoeningen invloed kunnen hebben op geldzorgen, en welke klachten door geldzorgen veroorzaakt kunnen worden.
In het onderzoek van Henriette Prast wordt geen oorzaak of gevolg genoemd, alleen de relatie wordt vastgesteld. Over de wederzijdse beïnvloeding wordt echter zelden iets gezegd. Alleen in het genoemde onderzoeksrapport van Hulshoff vinden wij hier het volgende over.

De psychische/psychiatrische problematiek kan schulden veroorzaken, maar kan ook aan de oppervlakte komen doordat het copinggedrag, het overlevingsgedrag dat voorheen werk­zaam en voldoende was om te functioneren, niet meer toereikend is door de extra stress die er bijkomt door de schuldenproblematiek. De manier waarop iemand stress ervaart en het onvermogen om er mee om te gaan is namelijk van invloed op de gedragsreacties en probleem­oplossend vermogen.
In de loop der jaren zijn er veel stressverklaringsmodellen ontwikkeld. Hosman heeft deze geïntegreerd in een model. Het model bestaat uit drie niveaus; het macroniveau (maatschap­pe­lijk situationeel niveau; levensfase, economie, politiek en techniek) het meso-niveau (systeem rationeel niveau; onder­steunende en belemmerende sociale omgeving) en het micro-niveau (individueel; draagkracht en draag­last, biologische aspecten, cognitie, emotie en gedrag, levensfase). Tussen alle niveaus vindt interactie plaats. Zij beïnvloeden elkaar en worden door elkaar beïnvloed. Dit model gaat ervan uit dat problemen zowel oorzaak als gevolg kunnen zijn van bepaalde gebeurtenissen.

Een voorbeeld om deze theorie te illustreren:

  • Micro-niveau: Een persoon heeft een psychische ziekte en geldzorgen. Zijn draagkracht wordt hierdoor ernstig beperkt.
  • Meso-niveau: Door de ziekte heeft hij problemen met het leggen en onderhouden van sociale contacten. Door de geldzorgen wordt hij hierin nog meer beperkt, immers uitgaan of kado’s kopen is er niet bij. Mogelijk schaamt hij zich voor zijn geldproblemen. Hierdoor raakt deze persoon vervreemd van zijn omgeving.
  • Macro-niveau: Door de genoemde problemen kan hij geen (volledig) gebruik maken van zijn rechten in de samenleving, zoals beschreven in De rechten van de mens in het onderzoek Ervaringsdeskundige in Armoede en Sociale Uitsluiting van Frans Spiesschaert, dat wij opgenomen hebben in bijlage 2.
  • Het kan ook dat een probleem begint op bijv. meso-niveau, doordat een persoon zich door sociale druk of peer pressure laat verleiden tot aankopen die hij zich niet kan veroorloven.

Zoals de onderzoeken van Prast en Hulshoff aantonen, is er een relatie tussen geldzorgen en emoties. Er wordt niet ingegaan op wat oorzaak en wat gevolg is, dit is immers in het schema van Hosman (zie bijlage 3 van het afstudeeronderzoek) niet van elkaar te onderscheiden.

 

terug

(Start 22:33)